Joe Cell de toekomstige vrije energie cel?
door Solihin Millin

 

Originele versie

 

 

Bron : http://www.soulinvitation.com/pentup/

Na drie succesvolle pogingen met de water aangedreven wagen deze week...
He ... ben ik nog steeds aan het duizelen van de grootsheid van dit alles.

Vandaag, 17 Augustus 2005, begon zoals gewoonlijk met een opgewekte begroeting van Chris op ons BNE (Byron New Energy) Lab hier in Byron. Terwijl ik met huishoudelijke klusjes bezig was had ik de aandrang om Joe te bellen, wat ik vervolgens deed. We hadden een geweldig gesprek en aan het einde hiervan liep mijn BNE vriend Ian de keuken binnen. We zetten een kopje thee en ik begon te vertellen over de dingen die gebeurd waren (Ian krijgt alle e-mail, dus hij was al op de hoogte), vervolgens liepen we naar het Lab zodat Ian de Cel zou kunnen zien.

Ik heb hem zelf gemaakt dus het is erg eenvoudig om hem uit de auto te halen en om hem weer aan te sluiten natuurlijk. Het is eigenlijk een erg grove cel, PVC plastic gelijmd met 5 minuten epoxy lijm op een grote glazen fles waarvan de nek afgezaagd is. Maar ja! Peter had me het volste vertrouwen gegeven toen hij zij ‘Probeer het nu maar gewoon Sol!’. Geen dauwdruppels hier die afdruppelden van de ongeschonden takken van een oude eik in een diep donker sprookjesbos. Gewoon zuiver recht voor zijn raap Australische PVC-tank water uit Chris zijn keukenkraan dat verzameld was van het dak van Chris zijn hobbyruimte met inbegrip van vogelpoep, kikkers en wat al niet meer!

De vorige nacht had ik liggen nadenken over het niet opstarten van de cel en haar instabiliteit van de dag ervoor, maar ook omdat ik wat geëxperimenteerd had met natriumhydroxide (NaOH) als een elektrolyt (erg krachtig spul en bijt in op materiaal zoals aluminium, dat is trouwens een andere manier om waterstof te maken. Laat maar eens een stuk aluminium vallen in een natriumhydroxide oplossing). Ik had het voorzichtig overwogen en besloot om voorzichtig een heel klein beetje natriumhydroxide toe te voegen aan de cel om te zien wat er zou gebeuren. Natriumhydroxide bevordert het elektrolyseproces in water enorm en omdat ik geen flauw idee heb hoe de cel werkt en ik een experimentele kosmische water monteur ben, dacht ik laat ik het gewoon eens proberen.

Loog is erg makkelijk om aan te komen en spot goedkoop. Ik had er wat van gekocht in de plaatselijke winkel. Ik nam maar een héél klein beetje (fysiek zijn het kleine witte korreltjes veel kleiner dan een millimeter in doorsnede), een snufje voor in de soep zoals ze in Frankrijk zeggen, misschien zo’n 200 uiterst kleine korreltjes en gooide ze in de cel, wel eigenlijk lepelde ik ze langzaam in de cel terwijl de cel aangesloten was op mijn 12 volt computervoeding op mijn laboratorium werkbank. Wow, dat noem ik nog eens actie! De stroom door de cel liep op van 130 mili-Ampère naar ongeveer 2 Ampère (nog steeds maar 2 X 12 = 24 Watt wat een peulenschil is voor een autoaccu en een computervoeding als het er op aan komt). Toen moest ik goed nadenken, omdat dit spul zoals men gewoon is te denken ‘niet goed is voor motoren’, maar omdat de aanschaf van mijn kleine mooie Daihatsu Charade van 1983 me maar $100 gekost had ($840 met registratie en verzekering voor een jaar), dacht ik wat kan het ook schelen! Alles, in naam van de wetenschap.

Ik overwoog wat er gebeuren zou met haar waardevolle kleine kleppen en zuigerveren, zuigers etc. en besloot dat het de moeite waard was omdat a) het water (elektrolyt) niet echt vanuit de cel de motor ingezogen lijkt te worden, er gebeurt iets anders met een energie of lading of wat dan ook, dus ik dacht dat het wel OK zou zijn voor de testen van de volgende dag, en b) wel, wat kan het ook schelen! Alle drie de vorige succesvolle tests waren uitgevoerd op puur ‘Mullum’ tank water. (ben er niet zeker van of ‘puur’ hier wel het goede woord is). Ik liet de cel voor een paar minuten bubbelen op de computervoeding (blijkbaar om haar te laden) en ging toen naar bed. Terwijl ik aan het wachten was ontdekte ik trouwens meer over Walter Russel op het web, dankzij mijn uitstekende vriend Peter, zoek hem maar eens op via Google, fantastisch spul.

Maar goed, we besloten de cel te testen. Ian had het nog nooit eerder gezien. Hij droeg het eerbiedig uit de werkplaats (eigenlijk is Ian niet bepaald het ‘geestelijk’ type, meer een soort surfer type zou ik zeggen) en ik liet hem zien hoe je hem in de wagen moest aansluiten. We sloten geen stroom aan op de cel (lieten haar los van de autoaccu) en reden weg van het terrein van ons lab op gewone benzine. Na het hek gesloten te hebben, liet ik Ian zien hoe we de normale benzine kunnen afsluiten, wat we vervolgens ook deden, en weg waren we op weg naar Mullum (terwijl ik mijn adem inhield, omdat het gisteren laat in de middag niet zo best gegaan was).

We reden de weg af naar Mullum, de motor haperde een paar keer, sloeg een paar keer terug, maar wil je het geloven, ze bleef lopen!!! Ian zat daar maar in verdoofde stilte ‘ He man! Het werkt, zij ik gelukkig, je rijdt op water! Ian had deze totaal ongelovige uitdrukking op zijn gezicht. Ik was dolgelukkig want Ian was de eerste die ik in mijn wagen had met de werkende cel. We hobbelden Mullum(bimby) binnen en de motor liep een stuk beter nu de cel zich ‘geacclimatiseerd’ had aan de motor en de wagen, en dan nog iets, ze doet het kennelijk beter met een vervroegde ontsteking (Peter had het over zelfs wel 20 graden!). Ik heb nog niet aan de ontsteking gerommeld omdat ik zelf niet veel van wagens en motoren afweet. Dus de ontsteking was hetzelfde als bij gewone brandstof.

We pruttelden door de hoofdstraat van Mullum naar het postkantoor waar Ian wat zaakjes te regelen had en parkeerde aldaar, waarbij de motor perfect stationair bleef lopen. Ian kon er maar niet over uit, hij zat daar maar in een waas. De temperatuur van de motor was trouwens normaal. `

Zal ik hem eens uitzetten en opnieuw proberen te starten? Vroeg ik. Ian knikte vaag.

Ik zette de motor af en startte haar opnieuw, Rrrrrummm. Ze startte gelijk de eerste keer zoals gewoonlijk. Wow! Bedenk dat er geen elektrisch vermogen naar de cel liep al die tijd. Ik heb een schakelaar en een plug waarmee ik de cel kan afsluiten. We liepen het postkantoor binnen en Ian handelde wat zaken af. Toen we terug bij de auto waren zei ik tegen Ian ‘ vindt je het erg als we even de jongens van Farmcare opzoeken, daar is een gast die werkt met roestvrij staal waarmee ik kennis wil maken’. ‘Geen zorgen’ was Ian’s antwoord en weg waren we (op water rijdend, overigens!).

We gingen via de achteringang de werkplaats binnen. Anthony was er aan het werk aan een of ander voertuig en ik riep hem’ He Anthony, ze loopt nog steeds op water’. De jongens kwamen kijken en keken naar de stationair lopende motor en we schudden allemaal het hoofd, terwijl ze mooi stationair bleef lopen. Ik gaf flink gas, en ze controleerden de brandstof knop (in de uit-positie) en waren allemaal verbaasd. Hmmmmmm. Hoe kan dit… of zo als ze zeggen ‘ Hoe kan dit wezen?’

De eigenaar van de roestvrij staal business was er niet, dus zijn mecanicien nam ook een kijkje. We namen de wagen mee naar Malcolm's Tool Shop zodat Malcom de auto ook kon zien, maar hij was er niet en we lieten een briefje achter en reden naar huis (zo’n 4 kilometer naar McAuleys waar het BNE lab zich bevindt). De wagen reed mooi. We reden een 100km/uur zone buiten Mullum binnen en toen we 80 km/uur reden zei ik tegen Ian, ‘ Ik heb haar nog niet boven de 80 km/uur gehad, dus ik probeerde te versnellen maar voelde een lichte weerstand van de motor en dacht dat het aan de timing van de ontsteking lag, en ging weer terug naar 80 km/uur. Ik heb de auto nog nooit eerder de heuvel op bij McAuleys Lane gekregen, maar ze snorde zo de heuvel op.

 ‘Zooo’ Dit wil ik graag Chris laten zien zei ik tegen ‘Ian’, die er nog steeds in een waas bijzat. We reden naar de poort en ze bleef maar lopen. He! Dit is iets nieuws! De poort was open en we reden naar binnen. Chris was bezig met een koerier en werd een beetje boos op ons omdat hij dacht dat ik over zijn 5 honden zou rijden (wat ik overigens niet deed). We parkeerden de auto en opende de motorkap met lopende motor. Nu moet je Chris kennen. Chris is zo ongenaakbaar als maar kan zijn, echt waar. Er zijn er maar weinig zo hard als Chris. Afkomstig uit Nottingham weet je, en beweert dat hij een loodgieter is en al een eeuwigheid hier in de omgeving woont. Chris gelooft geen woord van wat ik gezegd heb (en ik verwijt hem niks), maar hij staat me toe om te experimenteren wat ik zeer op prijs stel (dank je Chris), ‘ He Chris hij loopt op dit moment op water, kom eens hier en kijk zelf!’. Chris kwam aangestruind, meer geïnteresseerd in zijn pakje dan wat anders.

‘Kijk Chris, kijk het werkt!’ Chris staarde in het motorcompartiment, keek naar de cel en volgde mijn vinger naar de uitgeschakelde normale brandstofschakelaar. ‘Die schakelaar lekt’ zij hij met een sluwe grijs op zijn gezicht. ‘OK, dan trekken we de brandstofslang eraf, zij ik’. En dat lukte met een beetje geworstel. Ze bleef snorren alsof er niets gebeurd was. Ik wist niet wat er in Chris zijn hoofd omging. ‘Ik vraag me af of je de slang van de cel naar de motor kan losmaken’, zei Ian. ‘Laten we het proberen!’, zei ik en Chris trok de slang eraf. Wel nu wacht even.

Ben je er klaar voor? OK.

DE MOTOR BLEEF LOPEN.

Ze bleef nog een flink poosje lopen en stopte toen. Ik besloot om de stroom weer aan te sluiten op de cel (in het geval ze ontladen zou zijn) en startte opnieuw. Ik denk dat ik op dat moment te opgewonden raakte. Ze liep een tijdje en stopte toen weer. Ik voelde dat mijn energie verward en op begon te geraken, maar ik wilde doorgaan.Laten we naar ‘Mullum’ rijden met de brandstofslang volledig eraf.

We sloten de plastic pijp tussen de cel en de motor weer aan, en Ian sprong in de wagen en gaf flink gas en we reden door de poort met de brandstofslang fysiek volledig los. We hoorden Chris zijn wagen starten en wachten op hem tot hij door de poort was, Ian sloot de poort voor Chris, en weg waren we. Op weg naar Mullum zij Ian ‘we worden achtervolgd door een ongelovige’. Op het moment dat hij dat zei, haperde de motor.

‘He man’ zei ik, ‘Zeg dat het OK is, zeg dat je gelooft dat de auto werkt’, zei ik dringend. Ian keek me aan met een pijnlijke uitdrukking op zijn gezicht alsof hij betrapt was met zijn hand in de koektrommel. ‘Hij zal wel gaan’ zei Ian nogal sloom, maar helaas lieve vrienden, dat was het einde. We stopte en controleerden de bougie (OK), sloten de normale brandstof weer aan, hadden moeite om haar te herstarten omdat de mechanische brandstofpomp droog gelopen was en dat beetje brandstof wat er nog over mocht zijn verdampt was (tenminste dat denk ik), dus ik deed een natte lap over de mechanische brandstofpomp om haar af te koelen totdat ze startte. Tegen die tijd waren we behoorlijk uitgeput en we besloten naar huis te gaan op gewone brandstof en vonden het welletjes voor vandaag. Wow!

In liefde en vrede, Sol, BNE coördinator.

 

Souls of Distortion © 2006

Home: www.soulsofdistortion.nl